Je buitenmuur verven is een mooie en eenvoudige manier om je huis aan de buitenkant op te knappen. Wist je dat een nieuwe verflaag de bakstenen van je buitenmuur ook nog eens beschermt tegen vochtdoorslag? Om een buitenmuur te schilderen gebruik je latex muurverf en behandel je de bakstenen eerst met een goede voorstrijk of fixeermiddel. In dit stappenplan ontdek je hoe je een buitenmuur kunt schilderen en wat je hier precies voor nodig hebt.
Ga veilig te werk. Gebruik tijdens het schilderen een trap die hoog genoeg is, voorzien is van antislip-treden en een beugel heeft van minimaal 60 cm. Trek stevige schoenen aan. Om te voorkomen dat de trap wegzakt, kun je een plankje onder iedere poot plaatsen. Zo maak je de trap stabiel.
Inspecteer de muur. Zit hier veel groene aanslag op? Behandel de muur dan als eerste met mos- en algenreiniger.
Maak de muur grondig schoon met een hogedrukreiniger. Laat de muur goed opdrogen. Verwijder vervolgens het stof met een zachte borstel.
Controleer de voegen. Zijn deze erg brokkelig? Krab de voegen dan uit met een voegkrabber.
De uitgekrabde voegen moet je opnieuw vullen. Grote gaten kun je repareren met voegmortel: dit is mortel in een verhouding van één deel cement en vier delen metselzand. Heb je alleen te maken met een paar kleine oneffenheden in de voegen? Gebruik dan snelcement. Snelcement hardt binnen twintig minuten uit en is vrij agressief materiaal, dus maak het in kleine hoeveelheden aan en trek rubberen, chemicaliënbestendige werkhandschoenen aan. Op de verpakking lees je hoe je snelcement aanmaakt. Hiervoor kun je een verfmixer gebruiken.
Tijd om de voegen te repareren! Hiervoor gebruik je een voegbord en een voegspijker. Plaats het bord net onder de voeg en druk met de voegspijker de specie of snelcement tussen de voegen. Doe dit met een strijkende beweging. Laat de voegen vervolgens goed drogen.
Dek de bodem af met stucloper. Zo voorkom je dat je met de kwast of de verf in de aarde tussen de tegels terechtkomt, als je het onderste gedeelte van de muur aan het schilderen bent. Rol de stucloper uit en snijd het op de gewenste lengte af met een scherp mesje. Gebruik ducttape aan de randen, zodat de loper tijdens je verfklus niet verschuift.
Strijk een onbehandelde bakstenen muur eerst voor met een voorstrijkmiddel geschikt voor buitengebruik. Laat dit minimaal 12 uur drogen. Een al geschilderde buitenmuur hoef je niet te behandelen met een voorstrijkmiddel. Controleer wel of deze muur niet poedert. Is dit het geval? Behandel de geverfde buitenmuur dan met fixeermiddel.
Als de voorstrijk of het fixeermiddel helemaal opgedroogd is, kun je gaan verven. Gebruik hiervoor een blokkwast of een vachtroller op telescoopsteel. Met een roller kun je sneller werken. De ideale temperatuur om een buitenmuur te schilderen is 19 graden, maar zorg er in ieder geval voor dat het tussen de 10 en 25 graden is. Schilder nooit in de volle zon, niet met vochtig weer en ook niet bij veel wind (de verf kan dan te snel opdrogen). Roer de muurverf, voor je hier een kwast of roller indoopt, goed door met een roerhoutje.
Schilder eerst de randen van de muur, de aansluitingen met de kozijnen en de moeilijk bereikbare plekken met een kwast.
Verdeel de wand in denkbeeldige vlakken van ongeveer 1 m². Breng de verf aan op het eerste denkbeeldige vlak. Werk eerst van boven naar beneden en dan van links naar rechts. Werk ‘nat in nat’: laat de vakken overlappen. Werk alle grote vlakken in één keer af! Anders ontstaan er later kleurverschillen. Wil je meerdere verflagen aanbrengen? Check hiervoor de verpakking. Houd je altijd aan het aantal lagen verf dat wordt geadviseerd door de fabrikant.
Schilder de spatrand, de onderste 30 cm van de muur, in een donkere kleur. Bijvoorbeeld zwart, antraciet of bruin. Op zo’n donkere onderrand zijn opspattende modder of aarde, na een flinke regenbui, minder zichtbaar.