Zo schilder je een gipsplaten muur

De klus begint met het netjes bedekken en afplakken van de vloer. Gebruik hiervoor stucloper die je aan de randen stevig vastmaakt met ducttape. Zo zorg je ervoor dat de loper niet verschuift. Ga je voor folie? Gebruik vooral niet te dun folie om de vloer mee af te dekken: dit plastic bolt snel op, waardoor je erover kunt struikelen.

Voor je gaat schilderen, is het van belang dat je volledig veilig te werk kunt gaan. Schakel de stroom uit en controleer met de spanningzoeker of de stroom uitgeschakeld is. Verwijder vervolgens de afdekplaatjes van de schakelaars en stopcontacten.

Voor je de gipsplaten muur gaat voorstrijken, werk je deze af met gipsplaatvuller. Gebruik je gipsplaatvuller uit een pot? Ga dan direct door naar stap 7. Als je gipsplaatvuller uit een koker gebruikt, ga je als volgt te werk: snijd de koker met een scherp mesje voorzichtig open tot aan de schroefdraad. Snijd altijd van je af of op een plankje, zodat je niet zomaar kunt uitschieten. Draai de spuitmond er terug op en snijd deze schuin af. Zorg ervoor dat het gat ongeveer driekwart cm groot is. Stop de koker met de spuitmond in het kitpistool.

Zet de kitspuit iets schuin naar beneden op de muur. De schuin afgesneden spuitmond moet nu recht op muur staan. Trek van boven naar beneden een strook gipsplaatvuller in de naad tussen de twee gipsplaten. Vul ook de schroefgaten. Als je hiervoor zwarte gipsplaatschroeven hebt gebruikt, kun je meteen met vuller aan de slag. Als dit niet zo is, kun je de schroefkoppen beter eerst aanstippen met lakverf. Dit voorkomt dat de schroeven gaan roesten.

Strijk met een plamuurmes de overtollige vuller in de naden en de schroefgaten weg, zodat er een glad geheel ontstaat.

Als je gipsplaatvuller uit een pot gebruikt, kun je het beste werken met een breed en een smal plamuurmes. Schep met het ene plamuurmes een kleine hoeveelheid vuller uit de pot en druk deze vervolgens stevig in de naden en schroefgaten. Strijk het daarna glad met het andere plamuurmes, dat schoon en een beetje vochtig is.

Wikkel een stuk middelgrof schuurpapier (korrel 120) om een schuurblok en schuur de gipsplaten op de oneffen plekken, zodat deze mooi egaal aanvoelt. Verwijder tot slot het stof met een borstel en een vochtige doek. Je muur met gipsplaten is klaar om geschilderd te worden.

Maak de verfrollers voorzichtig nat met lauwwarm water en pluk de loszittende pluisjes uit de roller. Hiermee voorkom je dat er tijdens het aanbrengen van de voorstrijk en de verf pluisjes achterblijven op de muur.

Zet de gipsplaten muur in de voorstrijk. Voorstrijk dekkend voor latex (in wit) is een uitstekend dekkend voorbehandelingsmiddel voor diverse droge ondergronden. Het heft de zuigende werking van muren op. Zo heb je tijdens het echte verfwerk straks minder lagen nodig, omdat de verf direct goed dekt op de voorbehandelde muur. Met een emmer van vijf liter kun je een oppervlakte van maar liefst 50 m2 schilderen. Roer de voorstrijk goed door. Gebruik voor de randen een kleine blokkwast en voor de grote stukken een roller op een telescoopsteel. Laat de muur goed drogen.

Zitten er scheuren tussen het plafond en de muur? Kit deze beschadigingen dan dicht met acrylaatkit. Neem ook de hoeken van de ruimte mee. Als er in één keer te veel kit uit de koker komt, kun je dit direct wegvegen met een natte vinger. Handig!

Plak ook kozijnhout af met afplaktape. Gebruik een plamuurmes om de tape in de hoeken recht en scherp af te scheuren.

Begin met schilderen bij de randen: hiervoor kun je de kleine blokkwast gebruiken. Voor de hoeken gebruik je de ronde kwast. Steek de kwast een paar keer in de latex muurverf en strijk deze steeds af langs de rand van de emmer. Zo zorg je ervoor dat de kwast wel verzadigd is, maar niet druipt. Strijk de verf met lange halen in de lengte uit op de gipsplaten muur, maar wees zeker niet te zuinig! Anders kunnen er verschillen ontstaan. Schilder een rand van minimaal 4 cm. Breng ook rondom een stopcontact een rand van ten minste 4 cm aan.

De grote delen van de muur verf je ook weer met een verfroller op een telescoopsteel. Hierdoor sta je verder van de muur af, waardoor het verven minder vermoeiend is en je goed overzicht houdt. Doop de verfroller in de muurverf. Rol deze heen en weer over het verfrooster tot de verf gelijkmatig over de roller verdeeld is. Wees niet te zuinig! Je mag de roller regelmatig in de verf dopen. Te veel uitrollen op de muur zorgt ervoor dat de verf niet egaal op de muur komt. Bovendien gaat de roller dan veel sneller spatten.

Schilder de hele muur in denkbeeldige vierkanten van ongeveer 1 m2. Werk ‘nat in nat’: je laat de geverfde vierkanten dus overlappen. Verf de vierkanten van links naar rechts en van boven naar beneden. Verbind tot slot meerdere vierkanten door de roller nog een keer helemaal van boven naar beneden te rollen. Werk nu door tot je een hele muur af hebt. Houd tussendoor liever geen pauze, want dit kan voor kleurverschil zorgen. Dat kost je uiteindelijk alleen maar extra werk!

Als de muur opgedroogd is, kun je eventueel een tweede laag verf aanbrengen. De meeste latexverf is na vijf tot zes uur overschilderbaar.