Hoe kan ik een trap verven?

Is de trap nog bekleed met tapijt dat vastgelijmd zit? Maak een sopje van warm water en zeep. Maak de traptreden flink nat en herhaal dit nogmaals na drie à vier uur. De treden zijn nu echt doordrenkt. Laat het sopje weer vier uur intrekken. Trek vervolgens het tapijt tegelijk met de lijm van de treden.

Schraap nu de lijmresten weg met een plamuurmes. Krijg je de lijm niet goed weg? Dan heb je te maken met een niet-watergedragen lijm. Cola kan in dit geval helpen. Doop een borstel in een bakje met cola en breng dit royaal aan op de lijmresten. Wacht een paar minuten en schraap de lijm met een plamuurmes weg. Lukt dit ook niet? Dan zal je een chemisch oplosmiddel moeten gebruiken.

Is je trap helemaal lijmrestvrij? Dan is het tijd om deze te ontvetten. Ontvet alle treden, stootborden (dit zijn de verticale vlakken tussen de traptreden) en zijkanten van de treden. Dit doe je met water waar je een ontvetter in hebt opgelost. Spons de ontvette treden vervolgens na met schoon water.

Verwijder eventueel loszittende verfbladders met een verfkrabber. Schuur de beschadigde delen vervolgens op met de hand. Gebruik hiervoor grof schuurpapier (korrel 80).

Schuur de gehele trap grondig op met een handschuurmachine met middelgrof schuurpapier (korrel 120). Verwijder het stof met een zachte borstel en een vochtige doek.

Plak de overgang tussen de trap en de muur af met afplaktape. Een trap schilderen kost meestal meerdere dagen, maar het is belangrijk dat je de tape nooit te lang laat zitten. Verwijder de tape direct na het schilderen en breng tape opnieuw aan als je een tweede laag gaat aanbrengen of de treden gaat verven die je nog niet geschilderd hebt.

Zet nu om en om de traptreden, stootborden en zijkanten in de grondverf. Grondverf zorgt niet alleen voor een betere hechtlaag, maar maakt ook oneffenheden en kieren goed zichtbaar. Gebruik voor de hoeken een kwast en voor de grotere delen een rolletje. Laat de grondverf goed drogen. Na vijf uur is de grondverf op sokken te belopen. Schuur de geverfde delen op met fijn schuurpapier (korrel 320) en neem de geschuurde delen af met een vochtige doek.

Controleer de trap op oneffenheden en plamuur deze glad. Werk met een breed en een smal plamuurmes. Op het brede mes breng je een voorraadje plamuur aan. Het smalle mes gebruik je voor het echte plamuurwerk. Zorg dat dit plamuurmes helemaal schoon en vlak is. Het is belangrijk dat je in laagjes plamuurt van slecht 1 mm. Als je dit niet doet, bestaat de kans dat de plamuur uitzakt. Met handige snelplamuur kun je in slechts een paar uur tijd meerdere lagen aanbrengen. Is de snelplamuur droog? Schuur de trap opnieuw.

Werk na het schuren ook alle kieren en naden weg met acrylaatkit, ook wel schilderskit genoemd. Overtollige kit kun je meteen met een vochtige doek verwijderen. Handig!

Begin met het aanbrengen van de trapverf in de door jou gekozen kleur. Gebruik voor de randen een kwast en voor de grote delen een verfroller. Schilder de treden en stootborden ook weer om en om. Schilder wel meteen alle zijkanten van de treden. Laat de verf 24 uur drogen.

Breng eventueel een tweede laklaag aan voor een optimale dekking. Voor je dat doet, moet je de geverfde traptreden opschuren met fijn schuurpapier (korrel 320). Maak kwasten en rollers tussendoor niet schoon. Ook kwasten met acrylverf spoel je niet onder de kraan uit. Wikkel de kwasten en verfrollers in plaats daarvan strak in aluminiumfolie of zet deze onder water. Zo kun je je verfbenodigdheden de volgende dag gewoon weer gebruiken.

De pas geverfde treden kun je voorlopig alleen op sokken belopen. Als de verf uitgehard is (na een week), kun je ook met schoenen de trap op. Ben je helemaal klaar met je verfklus? Lever je verfresten (ook acyrlverf) in als klein chemisch afval bij het KCA-depot in je gemeente. Laat kwasten en verfrollers indrogen. Deze kun je later gewoon kwijt in de vuilnisbak.