Vlinderstruik snoeien

Voor je begint met de vlinderstruik snoeien, is het belangrijk dat je het juiste snoeigereedschap kiest. Vanwege de dikke en stevige takken kun je het best een aambeeld snoeischaar gebruiken; hiermee kun je meer kracht zetten dan met een gewone snoeischaar. Gebruik voor hele dikke takken een takkenschaar of takkenzaag. Zorg altijd dat het gereedschap scherp en schoon is.

Een vlinderstruik snoeien doe je bij voorkeur op drie momenten:

• Hoofdsnoei
  De hoofdsnoei van een vlinderstruik doe je eind maart, zodra de meeste kans op strenge vorst geweken is. Wordt er nog vorst verwacht, stel het snoeien dan uit, maar wacht niet langer dan tot half april. Deze hoofdsnoei wordt ook wel verjongingssnoei genoemd en is belangrijk om je vlinderstruik jong en gezond te houden.
• Zomersnoei
  Als je een compacte vlinderstruik wilt met veel bloemen, knip dan begin juni de toppen van de nieuwe scheuten. Deze vertakken zich dan wat een vollere struik geeft met meer bloemen.
• Nazomersnoei
  Om langer te genieten van de paarse, blauwe of witte bloeiaren kun je na de bloei – in augustus en september – uitgebloeide bloeiaren steeds verwijderen. Hiermee verleng je het bloeiseizoen.

Omdat de gewone vlinderstruik (Buddleja davidii) bloeit op eenjarig hout, mag je bij het snoeien rigoureus te werk gaan. Snoei de heester tot ongeveer 25 cm boven de grond terug. Let op: doe dit alleen tijdens de hoofdsnoei. Knip de takken schuin naar beneden af, zodat regenwater er snel vanaf stroomt. Snoei altijd net boven een jonge scheut of een oog dat op uitlopen staat. Hieruit ontstaan snel weer nieuwe, krachtige takken die in de nazomer bloemen geven.