Zorg dat je altijd het juiste gereedschap en de juiste materialen gebruikt. Goed verzorgd gereedschap betekent: gesmeerd, geslepen en vastgedraaid.
Elektrisch gereedschap moet voldoen aan de vereiste CE-richtlijn die staat vermeld op product of op verpakking. Loop meteen na of het gereedschap dat je hebt nog goed bruikbaar is. Bijvoorbeeld: een bot hobbymes is gevaarlijk, een versleten zaag is lastig, werkt onnauwkeurig, geeft een hoop irritatie en een grotere kans op een ongeluk.
Huren of lenen
Welk gereedschap heb je nodig? Loop in gedachten alle werkzaamheden even na om te voorkomen dat je de klus moet afbreken omdat je iets mist.
Als je niet alles zelf wilt aanschaffen, kun je gereedschappen en beschermingsmiddelen ook huren. Denk maar eens aan een boor voor zwaar boorwerk in het plafond - met bijbehorende oogbescherming om te voorkomen dat wegstuivende betonschilfers in je ogen komen! Of huur een afstoomapparaat, waarmee het verwijderen van oude lagen behang een niet al te moeilijke klus wordt.
Let wel op dat je eerst goed leest hoe je het apparaat gebruikt. Stoom is zeer heet en kan bij verkeerd gebruik vervelende brandwonden veroorzaken.
Natuurlijk is het ook altijd een goed idee om bij vrienden of buren te vragen of je die handige professionele schuurmachine mag lenen. Let hierbij wel op of het gereedschap nog in goede conditie is en zorg dat je weet hoe je het moet gebruiken.
Veilig omgaan met gereedschap
Hoe ga je veilig om met gereedschap? Een paar praktische tips:
- Kies het juiste gereedschap voor de uit te voeren taak.
- Gebruik gereedschap dat niet onbedoeld kan starten.
- Gebruik gereedschap met een goed werkende automatische stop (dat afslaat zodra het gereedschap wordt losgelaten).
- Controleer of het gereedschap in goede staat is voor je begint met werken. Is het mes scherp? Is de snoerisolatie intact? Heb je nog goede grip?
- Zorg ervoor dat je weet hoe je het gereedschap moet gebruiken.
- Stel het gereedschap juist in.
- Zorg dat je stabiel staat, zodat je niet uit balans kunt raken of vallen en jezelf of een ander met gereedschap kunt verwonden.
- Stel jezelf zo op dat het snoer of de slang nergens achter kan blijven haken.
- Zorg ervoor dat het vlak waarop je werkt, stevig en stabiel is vastgemaakt. Controleer voor gebruik de staat van het bevestigingsmateriaal (werkbank, klemmen e.d.).
- Gebruik beschermingsmiddelen, zoals handschoenen of een veiligheidsbril.
- Zorg ervoor dat je het gereedschap op de juiste manier en op de juiste plaats vasthoudt. Markeer bijvoorbeeld de handgrepen. Dit verlaagt de kans dat je in een heet, scherp of draaiend deel van het gereedschap grijpt.
- Zorg ervoor dat je je vrije hand juist plaatst: buiten bereik van het gereedschap. Een voorbeeld is: van je af snijden, zodat je bij eventueel uitschieten gespaard blijft.
- Doe geen andere dingen met gereedschap in je handen (bijvoorbeeld een doos tillen met een mes vast).
- Berg het gereedschap na gebruik zo op dat je bij een volgend gebruik niet in het gevaarlijke deel van het gereedschap grijpt.