Hoe maak ik een kippenhok?

Zaag vier hoekpalen af op 146 cm. Maak vervolgens de twee zijwanden door dertien planken (vloerdelen) van 79 cm dwars op de palen te monteren. Houd aan de onderkant 41 cm ruimte over. Dit wordt de extra ruimte onder het kippenhok waar je kippen kunnen scharrelen.

Teken op beide zijwanden de dakrand af, zoals aangegeven op de tekening. Zaag de twee wanden vervolgens schuin af. Schroef aan de binnenzijde van de wanden rondom balkjes (44 x 44 mm) tussen de palen.

Verbind beide zijwanden van het hok met planken van 103,6 cm lang. Voor de voorkant heb je twaalf planken nodig, voor de achterkant heb je tien planken nodig. Schaaf bij de bovenste planken de veer (het uitstekende deel van de plank) af. Schaaf ook het bovenste gedeelte van de planken eraf, zodat deze de lijn van het dak volgen.

Zaag uitsparingen van 44 mm x 44 mm uit de hoeken van de bodemplaat van het kippenhok. Voor de bodemplaat gebruik je een stuk waterdicht multiplex hardhout. Schroef de bodem vast tegen de balkjes van de zijwanden en aan de voor- en achterwand.

Zaag met een decoupeerzaag in de voorkant een kleine, ronde toegangsdeur uit van 25 cm breed en drieënhalve plank hoog. Verwijder op die plaats het balkje van de bodemplaat. Hier zet je straks het trappetje tegenaan, zodat je kippen makkelijk naar binnen en naar buiten kunnen.

Zaag in de zijwand een opening uit van 40 cm breed en zeven planken hoog. Verwijder ook daar het balkje van de bodemplaat. Schroef aan de binnenkant een klein balkje (44 x 44 mm) aan weerszijden van de opening.

Maak een deurtje voor het kippenhok door de uitgezaagde planken aan de binnenkant met elkaar te verbinden. Dit doe je met behulp van twee planken. Aan de onderkant blijft 18 mm vrij. Schaaf ook hier de veer af en bevestig het deurtje aan het hok met behulp van twee staarthengen.

Tijd om het dak te monteren! Schroef de dakplaten op het kippenhok. De kortste dakplaat komt aan de achterkant, de lange dakplaat aan de voorkant. Voor je de voorste dakplaat vastschroeft, schaaf je deze netjes bij.

Het kippenhok zelf is af! Nu de rest van de ren nog. Verwijder de veer bij twee planken van 210 cm en bij twee planken van 100 cm. Schroef de lange planken tegen de onderkant van de poten van het hok, zodat ze aan de achterkant 18 mm uitsteken. Schroef een van beide korte planken tussen de achterste poten. De andere korte plank komt straks aan de andere kant van de lange planken. Dit wordt het ‘buitenvloertje’ van de kippenren.

Schroef vier staanders (dit zijn balkjes van 135 cm lang) tegen de binnenkant van de kippenren: twee ter hoogte van de dakrand (zaag deze schuin af) en twee aan het uiteinde. Monteer tot slot het overgebleven vloerdeel van 100 cm, zodat de ren rondom helemaal ‘dicht’ is.

Schaaf de veer van drie planken af: twee planken van 68 cm en een plank van 100 cm. Maak met behulp van deze planken de bovenrand van de ren. De bovenkant van deze rand loopt gelijk met de bovenkant van het dak van het kippenhok.

Zet het dakleer op het dak van het kippenhok vast met behulp van asfaltnagels (dit zijn speciale nagels voor het vastzetten van dakbedekking). Dakleer zorgt ervoor dat het kippenhok straks waterdicht is. Sla het dakleer aan de voor- en achterkant om en zet dit vast met een latje dat je in het dak schroeft.

Maak ‘windveren’ van een aantal planken die je aan de rand van het dak monteert. Een windveer is het gedeelte dat ervoor zorgt dat er geen wind of regen onder de dakbedekking kan komen. Schaaf de veer van twee planken van 120 cm en twee planken van 58 cm. Zet de voorste, lange windveren tijdelijk vast. Zo kun je checken of de bovenkant gelijkloopt met de bovenkant van het dak. Teken de noklijn (de nok is de bovenste snijlijn van twee dakvlakken) loodrecht af, zaag de planken op maat en schroef deze tegen het hok. Maak op dezelfde manier de achterste windveren. Schuur de nok netjes bij.

Zaag de daklijsten (18 mm x 55 mm) op maat. Zet deze met spijkertjes boven op de windveren vast. Gebruik hiervoor spijkers met een verloren (verzonken) kop. Dit zijn spijkertjes die je volledig in het materiaal kunt slaan, waardoor ze ‘onzichtbaar’ in het materiaal vast komen te zitten.

Monteer nu een zitstok in het kippenhok. Kies niet voor een ronde of vierkanten stok, maar ga voor een latje dat je schuin bijschaaft. Zo hebben je kippen straks genoeg houvast en zullen ze zich niet onnodig verwonden. De stok kun je aan de buitenkant aan beide zijden bevestigen met schroeven of nagels. Gebruik minstens twee schroeven of nagels aan allebei de kanten, zodat de stok niet meer kan draaien.

Maak een deurtje van twee latten van 109 cm en twee latten van 56 cm voor de kippenren. Verbind deze latten met behulp van raamuitzetijzers. Een raamuitzetijzer is een hulpmiddel waarmee je je raam – of in dit geval het deurtje van de kippenren – vast kunt zetten op een kier. Zet het deurtje met twee scharnieren aan de staander vast.

Maak van een strook underlayment (20 x 70 cm) een trappetje voor het kippenhok. Voorzie deze strook van enkele treden, die je maakt van een paar stukjes resthout.

Zet het hele kippenhok in de tuinbeits. Breng minimaal twee lagen aan en schuur het geheel tussendoor licht op. Zet vervolgens de daklijsten in de grondverf, schuur deze en lak ook de daklijsten af met witte verf. Om te lezen hoe je precies beitst en welke verfmaterialen je hiervoor nodig hebt, kun je het stappenplan Tuinhuis beitsen lezen.

Monteer vervolgens het kippengaas om de kippenren helemaal af te maken. Knip de delen stuk voor stuk op maat en zet deze stevig vast met krammen.

Monteer tot slot op het deurtje van het hok een knip en op het deurtje van het kippenhok een sluithaakje. Je kippenhok is klaar voor gebruik!